Vide Nieuwjaarswens 2020 Peter van der Knaap

Vide Nieuwjaarswens 2020 Peter van der Knaap

28 januari 2020 door Secretariaat 0 reacties

Door Peter van der Knaap, Voorzitter van Vide – de beroepsvereniging voor toezichthouders, inspecteurs, handhavers en evaluatoren

Peter van der Knaap III

Het gaat goed met Vide. We organiseerden in 2019 maar liefst veertien succesvolle bijeenkomsten waar ruim 500 deelnemers op af kwamen. De verbindende kracht van Vide bewijst zich elke keer weer: we zijn als toezichthouders en evaluatoren met dezelfde thema’s bezig. Dat maakt dat we van elkaar kunnen leren, elkaar kunnen versterken en gezamenlijk kunnen optrekken.

Voorbeelden zijn geanimeerde discussies over gedragsbeïnvloeding, het burgerperspectief en innovatie in toezicht en onderzoek. Ik verheug me nu al op het jaarcongres 2020 met als thema ‘Tussen zachte nudge en sterke arm’. Als vereniging zoeken we de samenwerking waar dat nuttig is. Zo droegen we bij aan het boek de Staat van het toezicht en organiseerden we recent samen met de  Inspectieraad een eerste bijeenkomst daarover. Ons evaluatorennetwerk helpt waar het kan het ministerie van Financiën om de operatie Inzicht in Kwaliteit een succes te maken. 

Het gaat dus goed met Vide, maar hoe gaat het met ons vak? Tegen het einde van 2018 dook het CCV samen met de politie, markttoezichthouders, de Inspectieraad en – uiteraard – enkele Vidisten in de trends van het toezicht. Ik was daarbij en misschien u ook wel. Dat duiken leidde vorig jaar tot een nieuw trendrapport met daarin als belangrijkste trends:

- De inzet van data en nieuwe technologieën voor de toezichtpraktijk;

- Het inzetten van burgers en bedrijven voor de toezicht- en handhavingspraktijk;

- (Inter)nationale samenwerking tussen verschillende toezichthoudende en handhavende partijen, en als vierde;

- Evidence-based toezicht en interventies en dan met name: de vraag om verbinding tussen gedragswetenschap en toezicht en een toetsing van de effectiviteit van toezicht.

7

Ik constateer dat we met Vide eerder al, in 2015, ráák hebben geschoten met onze drie thema’s: innovatie (in toezicht maar ook als object van toezicht), gedragsbeïnvloeding zijn – naast de onafhankelijkheid van toezicht – onze leidende thema’s geweest. De leden van Vide hebben het perspectief van de burgers daaraan toegevoegd – en terecht!

Persoonlijk heb ik beroepsmatig veel affiniteit met evidence-based toezicht en de rol van beleidsevaluatie daarbij. Dat vond en vind ik ook het mooie van Vide: we zijn een vereniging die zowel evaluatoren als toezichthouders en inspecties heeft. En we slagen er steeds beter in dat verband ook te slaan. Zo had ons laatste congres als thema ‘onafhankelijkheid’ en richtten we ons daarmee nadrukkelijk op zowel toezichthouders als op evaluatoren. Het recente boek ‘De Staat van het Toezicht’ getuigt daar – met twee prominente bijdragen van ons hele bestuur – geeft ook blijk van het verband tussen beide.

Maar misschien nog wel het belangrijkste is dat toezicht bestaat om wat kwetsbaar is te beschermen. In het toezicht kun je volgens mij minimaal drie kwetsbare publieke waarden onderscheiden die bescherming verdienen: veiligheid, inclusiviteit en duurzaamheid.

Bij veiligheid is vorig jaar pijnlijk duidelijk geworden dat ondermijning een steeds groter probleem is. Het gaat het om grote geldstromen die de veiligheid maar ook leefbaarheid onder druk zetten. Het is belangrijk dat toezichthouders – waaronder politie en Marchaussee -  hier krachtig weerstand tegen bieden. En als je met Justitie, het OM of de politie spreekt, dan gebeurt dat ook. Ik merk wel dat het letterlijk veel gevraagd is: de capaciteit staat onder druk. En al enige tijd. In bijvoorbeeld de verkeershandhaving zie je de effecten daarvan terug.

Inclusiviteit kenmerkt een hoogwaardige samenleving: een samenleving die er niet alleen is voor “assertieve SUV-types”, maar ook voor mensen met een achterstand, met een beperking. Ook voor ‘kwetsbare groepen’ is er ruimte om mee te doen. Met name de vergrijzing en de integratie van nieuwkomers zullen de komende decennia hoog op de agenda staan; of moeten staan.... Ook voor toezichthouders.

Ten derde: dat duurzaamheid anno 2020 bovenaan de lijst met waarden staat – en hoort te staan – daar zal geen weldenkend mens het mee oneens zijn. Toch? Dit gebouw: onder water?

1

Als ik dan die publieke waarden naast de toezichttrends leg, dan is het eerste dat opvalt dat het burgerperspectief – geen mooi woord – onmisbaar is voor ons werk. Alles wat we doen moet je kunnen uitleggen vanuit het perspectief van burgers. En bedrijven en natuur, inclusief dieren, denk ik er dan altijd achteraan. Maar ook dat raakt ook weer burgers: gewone mensen, zoals u en ik. Een burger hoeft niet per se te participeren in ons onderzoek of in onze interventies, maar het is van groot belang dat de toezichthouder altijd het perspectief van de burger sterk laat meetellen – of beter: vooropstelt – in zijn keuzes: wat draagt ons werk uiteindelijk bij aan de kwaliteit van het leven in dit land en op deze planeet.

Dat perspectief van de samenleving is ook van belang voor onafhankelijkheid. Toezicht met toegevoegde waarde is immers zo veel mogelijk toezicht vanuit de bedoeling, het beoogde effect; en dus niet alleen vanuit de naleving van regels… Bij toezicht vanuit de bedoeling komt de samenleving en dus het burgerperspectief automatisch om de hoek kijken. Alleen daarmee kun je laten zien waar je meerwaarde als toezichthouder uit bestaat. En dát helpt om onafhankelijk te staan tegenover bijvoorbeeld krachtige politici.

Ik vind wat dat betreft de Inspectie van het Onderwijs, die de discussie aangaat met politici over de staat van het onderwijs in het klaslokaal, heel sterk. Of het onderzoek van het onderzoekscollectief Follow the money, dat met behulp van grote financiële gegevensbestanden - ‘big financial data’, zou Frans Leeuw gezegd hebben – onderzocht hoe het zat met de decentralisatie in het sociaal domein. Daaruit bleek dat het geld verkeerd terecht was gekomen, namelijk in dure auto’s in plaats van zorg. Laat staan goede zorg. Eerlijk gezegd vind ik dat we dit onderzoek als toezichthouders of rekenkamergemeenschap ‘voor’ hadden moeten zijn. Maar nu de feiten op tafel liggen, zie ik het als de plicht van toezicht om deze misstanden op te treden.

10

Voor onze beroepsgroep is het van groot belang om voldoende tegengeluid te kunnen laten horen. Bestuurskundige Paul ’t Hart schreef laatst een mooie column waarin hij een lans breekt voor ‘het tegengeluid’. Hij bekritiseert een overheid “die fouten niet durft toe te geven, die geen kritiek durft te geven”. Tegenspraak, ook aan politieke bestuurders, stelt hij, moet je organiseren en dat begint met een stevige positie. Met het belang van burgers voorop wat mij betreft. Kim Putters – directeur SCP – gaf op Prinsjesdag nog het goede voorbeeld. Hij hekelde de negatieve gevolgen van de decentralisatie in het sociale domein. Zijn stelling: zet beleidsevaluatie ex ante in om dat soort fouten in de toekomst te voorkomen.

Ik denk wat dat betreft dat dit een goed moment is om ons alvast af te vragen: hoe gaan we om met de volgende financiële crisis? Wat als er weer een nieuwe ronde taakstellingen of bezuinigingen aan komt? Hoe helpen we als toezichthouder en als evaluator mee om de juiste keuzes te maken als er bezuinigd moet worden.

Een hoogtepunt van het afgelopen jaar vond ik wat dat betreft de titel van het rapport van de commissie Remkes: ‘Niet alles kan’. Dat geldt ook voor toezichthouders en inspecties. Een professionele toezichthouder zal - op basis van het recht, informatie en zijn door kennis gevoede weging van risico’s - beoordelen wáár hij zijn capaciteit op inzet. In een tijd waarin er steeds weer taken en regels bijkomen waar hij toezicht op moet houden, moet hij dus alert zijn. Móeten we alert zijn. Alert zijn dat we niet gedwongen wordt tot keuzes waarvan we alleen maar binnensmonds – of binnenskamers zeggen: ‘Maar dat kán echt niet!’

Zoals ik het zie: in een tijd dat het economisch goed gaat mag schaarste nooit ongezien de selectie bepalen als het gaat om het beschermen van kwetsbaarheid. En aan de andere kant: op alles toezicht houden kan ook niet. De discussie over ‘wat is datgene dat je wilt beschermen je waard’ moet dus gevoerd worden? Dát moet voorop staan bij de afweging rond publieke waarden.

 

Ik wens u een heel mooi 2020 toe – en doet u actief mee met Vide, bijvoorbeeld met het opstellen van de nieuwe meerjarenstrategie. Het is úw vereniging!

Deel dit bericht

Reacties

Plaats een reactie

Uw e-mail adres wordt niet gepubliceerd
Sluiten