Online bijeenkomst Vide Evaluatorennetwerk: Beleid dat werkt: stand van zaken bij de Rijksoverheid
Al heel lang zet de rijksoverheid in op verbetering van de resultaten van beleid. Belastinggeld moet ten slotte zo effectief en efficiënt mogelijk besteed worden. Bovendien heeft de Kamer, om haar controlerende rol te kunnen uitoefenen, inzicht nodig in wat het geld oplevert.
Een paar voorbeelden van rijksbrede inspanningen, van lang geleden tot heel recent:
De operatie Comptabel Bestel, VBTB (Van Beleidsbegroting tot beleidsverantwoording), de RPE (Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek) met de beleidsdoorlichtingen, IBO’s en Brede Maatschappelijke Heroverwegingen, artikel 3.1 CW en de Strategische Evaluatie Agenda.
Een nieuwe kabinetsperiode breekt aan. We maken in deze bijeenkomst van het evaluatorennetwerk daarom de stand op.
Wat heeft zich in de afgelopen kabinetsperiode bewezen? Wat zijn de pijlers voor de komende periode?
Onder leiding van het hoofd van de Dienst Analyse en Onderzoek van de Tweede Kamer, Jeroen Kerseboom, staan we met elkaar stil bij de successen en uitdagingen voor de komende periode.
Met bijdragen van onder meer de Algemene Rekenkamer (n.a.v. het rapport van 21 april over Inzicht in Kwaliteit), het ministerie van Financiën en bijdragen van ministeries uit de evaluatiepraktijk.
https://www.rekenkamer.nl/publicaties/rapporten/2021/04/21/inzicht-in-kwaliteit
De bijeenkomst was digitaal op 29 november om 15:30 uur.
Samenvatting van deze bijeenkomst
De kwaliteit van het beleid en het zicht op de effecten ervan zal ook in de toekomst, na de afsluiting van de operatie Inzicht in Kwaliteit, bij de rijksoverheid aandacht (moeten) blijven krijgen. Dat was de hoofdboodschap in de sessie van het evaluatorennetwerk van 29 november 2021.
In de bijeenkomst werd teruggeblikt op het onderzoek van de Algemene Rekenkamer naar de Operatie Inzicht in Kwaliteit en werd naar de toekomst gekeken. De operatie Inzicht in Kwaliteit startte onder Rutte III is richtte zich op de verbetering van de kwaliteit en benutting van evaluaties bij het Rijk. Ten aanzien van de experimenten bij de departementen in de Rutte III periode signaleerde de Rekenkamer goede voorbeelden van vernieuwingen, maar tegelijkertijd werd in het rapport vastgesteld dat de vraag of beleid moet worden stopgezet te weinig wordt gesteld. Financiën erkende dit en vindt ook dat daar meer aandacht voor moet komen. Het is echter nog niet duidelijk of de Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek die momenteel wordt aangepast ook die wijziging zal bevatten. Verder was de Rekenkamer nog niet heel enthousiast over de toepassing van het CW-artikel 3.1: de kwaliteit van de onderbouwing van nieuw beleid door beleidsdepartementen laat nog te wensen over in de onderzoekperiode. Financiën gaf aan dat sinds 1 november 2021, ter vergroting van de vindbaarheid van de CW 3.1-toelichting (en na experimenteren met de door Rekenkamer onderzochte bijlagen), een kader (‘Beleidskeuzes uitgelegd’) in de Kamerbrieven zelf wordt gevraagd en dat zij de toepassing zorgvuldig monitort. Financiën ging in de sessie verder met name in op de Strategische Evaluatieagenda. Dit stelselinstrument stimuleert dat departementen op de belangrijke inhoudelijke thema’s tijdig en bruikbaar monitoring- en evaluatieonderzoek doen. Dat wordt het leidende beginsel en niet zo zeer dat er voor elk begrotingsartikel afzonderlijk een beleidsdoorlichting moet verschijnen. Er wordt veel verwacht van dit instrument en de twee praktijkvoorbeelden van Defensie en LNV die werden gepresenteerd zien er hoopvol uit.